Geschiedenis 16e tot 19e eeuw

Het einde van de onafhankelijkheid van Hongarije kwam rond het midden van de 16e eeuw met de veroveringen van het Ottomaanse rijk. Op 29 augustus 1526 versloeg sultan Suleyman I bij Mohács (er is daar een monument sinds 1976) koning Ludwig II van Bohemen en Hongarije, die verdronk tijdens de vlucht. Het grootste deel van Hongarije kwam onder Turkse heerschappij, waarbij de niet-veroverde delen ofwel onder Habsburgse heerschappij kwamen als Koninklijk Hongarije (inclusief westelijk Opper-Hongarije) of gescheiden van Hongarije en onder Ottomaanse heerschappij werden geplaatst als het Prinsdom Transsylvanië. Na 145 jaar Turkse bezetting van Hongarije viel Buda na de tweede belegering in 1686, en de Habsburgers veroverden nu heel Hongarije. De Hongaren keurden hun harde heerschappij af, zodat er van 1703 tot 1711 de Kuruc-opstand plaatsvond onder prins Franz II Rákóczi, een edelman uit Transsylvanië. Aangezien de spanningen tussen de Hongaarse adel en het Weense hof niet konden worden opgelost, werden ze (na kennelijk minnelijke onderhandelingen en concessies van de...
Lees meer